Dressuur,  Nieuws

Nieuwe regelgeving voor dressuurruiters: vanaf 1 april 2024 geen stang- en trenshoofdstel in klasse Z1

Er staat een belangrijke wijziging op stapel voor de dressuurruiters in Nederland. Vanaf 1 april 2024 wordt het gebruik van een stang- en trenshoofdstel in de klasse Z1-dressuur niet langer toegestaan.

Deze aanpassing in de harnachementsgids van de KNHS is een stap om ruiters te motiveren correct te leren verzamelen voordat ze overstappen naar een meer geavanceerd hoofdstel.

Waarom deze verandering?

Deze regelwijziging is ingegeven door de focus op een degelijke basisopleiding. In de klasse Z1 worden ruiters en hun paarden voor het eerst uitgedaagd met onderdelen in een verzamelde gang. Het is essentieel dat zij deze vaardigheden eerst goed beheersen met een trenshoofdstel voordat ze overstappen naar een stang- en trenshoofdstel voor meer verfijning in hogere klassen.

Optoming met stang en trens

Het belang van een goede basis

De aanleiding voor deze wijziging ligt in de waarneming dat veel ruiters te snel kiezen voor de stang- en trens-optoming, wat ten koste gaat van het correct leren verzamelen van het paard. Dit is volgens de KNHS met name zichtbaar in de klasse Z1, waar combinaties vaak moeite hebben met correcte overgangen, zoals bij de eenvoudige galopwissel.

Door alleen een regulier trenshoofdstel toe te staan in de klasse Z1 wil de KNHS ruiters aansporen om meer aandacht te besteden aan het correct verzamelen. Dit draagt bij aan de harmonieuze ontwikkeling van zowel ruiter als paard en bevordert een solide basis voor verdere vaardigheidsontwikkeling in de dressuursport.

FEI houdt internationaal wel vast aan stang en trends

Ondanks de progressieve stappen van de Nederlandse en Zweedse hippische bonden, blijft de FEI (Fédération Equestre Internationale) vasthouden aan de stang- en trensverplichting op internationale concoursen. Hun besluit, dat ingaat tegen het voorstel om dit harnachement optioneel te maken voor het welzijn van het paard, benadrukt dat dit een technische keuze is en geen welzijnskwestie.

Bron KNHS